Steeds meer Nederlandse beursgenoteerde bedrijven hebben een dominante aandeelhouder die het in de praktijk voor het zeggen heeft en vijandige overnames kan voorkomen.

Dat meldt de Volkskrant zaterdag, op basis van eigen onderzoek naar aandeelhouders die meer dan 3 procent aan belangen hebben in Nederlandse bedrijven met een beursnotering en dat moeten melden bij toezichthouder AFM.

Bijna driekwart van de 96 bedrijven heeft een partij aan boord die meer dan 10 procent van de aandelen bezit. Bij bijna de helft is dat een investeerder die meer dan 20 procent bezit, blijkt uit het onderzoek van de krant.

‘Helft van bedrijven heeft dominante partij’

Ook de beschermingswal van speciale stichtingen met extra stemrecht, waarmee Nederlandse bedrijven zich van oudsher verdedigen tegen vijandige overnames en andere bemoeienis, wint terrein.Volgens Eumedion, de belangenbehartiger van grote beleggers als pensioenfondsen en verzekeraars, had tien jaar geleden een kwart van de bedrijven een partij die de dienst uitmaakte. Nu zou dat bijna de helft zijn.

Een dominante aandeelhouder heeft als voordeel dat de invloed beleggers die alleen op kortetermijnwinsten zijn gericht wordt beperkt. Maar de bestuurders en commissarissen kunnen ook makkelijker hun gang gaan, en hoeven zich niks aan te trekken van andere beleggers die het bedrijf duurzamer willen maken of topinkomens willen matigen.

Bron: ANP/Z24

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl